Schrijver: Tom (28 jaar)

Speelde het spel met zijn vriendin, zijn ouders en zijn oma, dit is het verhaal dat zijn oma tijdens het spel vertelde.

Het was in de hongerwinter. Wij woonden in Den Haag in de benedenwoning van portiekwoningen. Ik speelde veel bij mijn buurmeisje, ik was een jaar of zeven. Eten was schaars, maar onze buren hadden familie op het platteland, dus die hadden nog wel eens vers en lekker eten. Op een dag, zo vlak voor etenstijd, kwam mijn moeder mij halen. Via de achtertuin stapte ze binnen in de keuken van die buren. Er was op dat moment niemand in de keuken, maar er stond wel een pan dampende, net afgegoten verse aardappels op het fornuis. Mijn moeder was dol op aardappels, maar die hadden wij al lang niet meer op tafel gehad. Ze kon zich niet inhouden en stopte heimelijk een aardappeltje in haar mond. Daarna liep ze door, het huis in om mij te roepen.

Die nacht kon mijn moeder niet slapen. Ze voelde zich enorm schuldig en beschaamd over dat ene aardappeltje dat ze had gestolen. De volgende dag ging ze met een zwaar gemoed naar de buurvrouw om op te biechten wat ze had gedaan. De buurvrouw luisterde, veroordeelde niet maar zei ook niet veel. Met gebogen hoofd keerde moeder huiswaarts.

Later die dag vond ze een mandje verse aardappels voor haar keukendeur.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *